Silhouet
verschenen op
Doe Maar, Klaar 2000/De Doos van Doe Maar 2012/Gideons droom 2013
muziek J.Hendriks
Silhouet
nu wij elkaar al zo lang kennen
dat ik met mijn ogen dicht
jouw silhouet teken op het laken
en alle lijnen van jouw gezicht
zou je zeggen dat ik nooit meer
door jou uit mijn evenwicht
of in verlegenheid gebracht werd
maar niets is minder waar
niets is minder waar
niets is minder waar
en meer waard dan dat
wij samen zijn
nu wij elkaar al zo lang kennen
dat ik naast jou in bed
met open ogen naar jou kijken mag
of in het bad of op het toilet
zou je zeggen dat ik nooit meer
kwaad zou zijn of in verzet
of tegen jou zou snauwen
maar niets is minder waar
niets is minder waar
niets is minder waar
en meer waard dan dat
wij samen zijn
Bij elkaar
verschenen op
Doe Maar, Klaar 2000/Hees van Ahoy 2000/De Doos van Doe Maar 2012
Bij elkaar
ik zal jou nooit
vertellen hoe mijn hart breekt
breekt bij een klein gebaar
of een woord dat jij spreekt
hoe mijn hart dan breekt
ik zal jou nooit
kunnen zeggen hoe mijn hart breekt
als met een klein gebaar
of een woord dat ik spreek
ik jouw hart ook breek
blijven wij bij elkaar
om eelt op ons hart te kweken
blijven wij bij elkaar
tot dat hart niet meer kan breken
zal ik jou ooit
kunnen zeggen hoe mijn hart breekt
als door een misverstand
er was niets aan de hand
ik jouw hart weer breek
zal ik jou dan
vertellen hoe mijn hart breekt
breekt bij een klein gebaar
of een woord dat jij spreekt
hoe mijn hart dan breekt
blijven wij bij elkaar
om eens dezelfde taal te spreken
blijven wij bij elkaar
tot het hart niet meer zal breken
blijven wij bij elkaar
blijven wij bij elkaar
blijven wij bij elkaar
ERNST JANSZ OVER 40 JAAR DOE MAAR:'40 jaar geleden (1978) leerde ik Jan Hendriks kennen. Op dat ogenblik zag Doe Maar het levenslicht en met dat bandje zouden we ongelofelijke avonturen beleven.20 jaar geleden (1998) schreven we samen het nummer Bij elkaar, Jan de muziek en ik de tekst. Het gaat over de moed om bij elkaar te blijven en naar elkaar te blijven luisteren, ook al spreek je elkaars taal niet. Dat kan gebeuren in elke relatie: man/vrouw, vluchteling/autochtoon. 10 jaar geleden (2008) speelden we het op Werchter in België. Daarvan bestaat een opname, misschien wel de mooiste die ooit van Doe Maar gemaakt is. Ik vind het in ieder geval prachtig en dacht dat dit jubileumjaar (2018 en nog steeds bij elkaar) een mooi moment was om het te delen.’
Geplaatst door Ernst Jansz op Woensdag 15 augustus 2018
Doe Maar op Werchter, 13 juli 2008
Het beste
verschenen op
Doe Maar, Klaar 2000/De Doos van Doe Maar 2012
Het beste
hier is een dwaas die uitkijkt over zee
hij ziet de golven komen
achter hem verwatert elk geluid
als in vage dromen
vreemde meisjes aan de bar
de zon zakt in het westen
dat ik nu naar huis toe ga
lijkt mij wel het beste
het lijkt mij wel het beste
wel het beste
het lijkt mij wel het beste dat ik ga
men biedt hem iets te drinken aan
een vriendelijke geste
omdat hier eens, men weet het nog,
hij al zijn dorsten leste
vreemde meisjes aan de bar
vrienden zijn niet meer gekomen
hier is een dwaas die uitkijkt over zee
hij ziet de golven stromen
het lijkt mij wel het beste
wel het beste
het lijkt mij wel het beste dat ik ga
voor mijn zoon ben ik een held
ik heb hem een boog gemaakt
hij schoot ermee zijn eerste pijl
en heeft een doel geraakt
het lijkt mij wel het beste
wel het beste
het lijkt mij wel het beste dat ik ga
het lijkt mij wel het beste
het lijkt mij wel het beste
het is het allerbeste dat ik ga
Overspel
verschenen op
Doe Maar, Klaar 2000/Hees van Ahoy 2000/De Doos van Doe Maar 2012
Overspel
van eenzaamheid gered
jouw ogen zijn mij welkom
en liever nog nu ik op ze let
niet weet waar ik terechtkom
maar voor wij erin ondergaan
zal ik dan nu besluiten,
bij zinnen nog, hier weg te gaan
terug naar de wereld buiten
alsof er niets gebeurd is
ontvlucht ik die ik hier bemin
alsof er niets gebeurd is
rij ik die wereld wel weer in
naar huis
bel me niet
schrijf me niet
verwacht mij niet meer terug
sluit de deur maar snel
want het is overspel
van de kou gered
jouw armen zijn mij welkom
en zachter nog in dit vreemde bed
waar ik met jou terechtkom
maar voordat wij dronken zijn
als wij dan zo besluiten,
bij zinnen nog, sluit het gordijn
en ook de wereld buiten
en als de nacht voorbij is
ontvlucht ik die ik hier bemin
en als de nacht voorbij is
rij ik die wereld wel weer in
naar huis
bel me niet
schrijf me niet
verwacht mij niet meer terug
sluit de deur maar snel
het is overspel
het hart is groter dan het huis
het hart is groter dan het huis
het hart is groter dan het huis
Hetzelfde meisje
verschenen op
Doe Maar, Klaar 2000/Hees van Ahoy 2000/De Doos van Doe Maar 2012
Hetzelfde meisje
jij bent allang niet meer
hetzelfde meisje
dat altijd meezong op
hetzelfde wijsje
wat waren wij nog jong
toen jij die woorden zong
over rozen
ik voel me nu nog steeds
dezelfde schooier
maar de jaren maakten jou
alleen maar mooier
toch ging het leven niet
tot wanhoop en verdriet
over rozen
oh er was eris
en er is beslist
en er zal er toch wel ooit eens ergens zijn
alles wat ik mis
wat er nu niet is
zal er toch wel ooit eens ergens zijn
ik weet in elke vrouw
schuilt nog dat meisje
met in haar hoofd nog steeds
hetzelfde wijsje
een droom die ze bewaart
al wordt ze honderd jaar
over rozen
want er was eris
en er is beslist
en er zal er toch wel ooit eens ergens zijn
alles wat wat ik mis
wat er nu niet is
zal er toch wel ooit eens ergens zijn
Oorlog
verschenen op
Doe Maar, Klaar 2000/De Doos van Doe Maar 2012
Oorlog
wanneer begint de oorlog
is er oorlog tussen ons
als wij elkaar met blikken doden
wanneer begint de waanzin
is de waanzin onder ons
als wij elkaar onszelf te zijn verboden
is hij altijd bij ons
sluimert hij in jou en mij
sluipt hij door gedachtengangen rond
wanneer begint de oorlog
is er oorlog tussen ons
wanneer begint de woede
is de woede ook in ons
als wij elkaar niet meer verdragen
wanneer begint de waanzin
is de waanzin onder ons
als wij elkaar het huis uit jagen
is hij altijd bij ons
rust hij slapend op een plein
waar mensen buiten zitten in de zon
wanneer begint de oorlog
is er oorlog tussen ons
da da da dada
da da da dada
da da da dada
is hij altijd bij ons
ligt hij rustend op het veld
waar het koren staat te wuiven in de wind
wanneer begint de oorlog
is er oorlog tussen ons
laten wij dan vrede sluiten
Watje
verschenen op
Doe Maar, Klaar 2000/Hees van Ahoy 2000/De Doos van Doe Maar 2012
Watje
ik hoop niet dat je
denkt wat een watje
omdat ik geen spatje
bloed kan zien
nee dan zo’n klootzak
die zonder noodzaak
zomaar iemand doodstak
uit verveling
laten wij maar
een liedje zingen
over een mooie vrouw
laat ons kind maar
touwtje springen
of op pianoles
ik hou niet van geweld
ook niet op een voetbalveld
en van gesnauw en van gescheld
hou ik al helemaal niet
ik hou niet van kapot
van in mekaar of van verrot
van een revolverschot
en ook van een vandaal niet
laten wij maar
een liedje zingen
over een mooie vrouw
laat ons kind maar
touwtje springen
of op pianoles
ik hoop niet dat je
denkt wat een watje
omdat ik geen spatje
bloed kan zien
bloed kan zien
bloed kan zien
Ala-hi
verschenen op
De overkant 1999/2009/CCC Inc.1967-2007/CCC Inc.1967-2017 Vol. XII/Gideons droom 2013
Ala-hi
ala-hi di aila-i-la
ala-hi di aila-i-la
daila daila daila mé
daila mé nomé
ala-hi di aila di aila-hi
oebi daila daila mé
oe daila daila daila mé
daila mé nomé*
* hier heb ik twee nootjes in één dop
hier heb ik twee nootjes in één dop
één, één, één voor mij
één voor mijn lief
hier heb ik twee nootjes
twee nootjes heb ik
voor altijd één voor mij
en één voor mijn lief
Ja! Een engelenkoor!
De melodie met de soms uiterst vreemde akkoordenwisselingen en de al even vreemde tekst van dit lied heb ik ooit gedroomd en mee kunnen smokkelen naar deze wereld. De eerste uitvoering ervan was tijdens de toernee met de Rumbones, 1977, met een samenzang van Joost Belinfante en Henny Vrienten.
(Opname VPRO 11 november 1977 in De Troll, Hoorn, met Piet Dekker, bas; Johnny Lodewijks, drums; Henny Vrienten, gitaar en zang; Joost Belinfante, gitaar en zang; Ernst Jansz, toetsen en zang. Nooit eerder uitgebracht.)
Ik nam het ook op in 1999 voor mijn allereerste solo cd ‘De overkant’ (daar te beluisteren). Technicus Jos Haagmans organiseerde het koor. Op een ochtend stonden 12 Indische meisjes dit lied van mij te zingen in de studio. Ik heb mij inderdaad in de hemel gewaand.
De basis, Portugese bas en twee gitaren, hadden wij opgenomen in de Belgische Ardennen, zittend naast een murmelend beekje en begeleid door een uitbundig vogelkoor. Toen de laatste tonen waren uitgeklonken, leken ook de vogels even hun adem in te houden, zoals op de opname goed te horen is. Waarna het leven opnieuw begon.
Er is nog een uitvoering van het lied, misschien wel de meest gedenkwaardige, samen met de CCC opgenomen tijdens een toernee door Indonesië, juni 2004, Surabaya. Toen de klanken van het lied zo goed als weggestorven waren, hoorden wij ineens een engelenkoor. Het was het publiek, dat het lied van ons had overgenomen. Een magisch moment. Deze uitvoering verscheen in de CCC box, Volume XII, track 17.
(Opgenomen in Surabaya, hotel Majapahit “Merdeka”, 3 juni 2004, techniek André de Bruin, met Joost Belinfante, ukelele, zang; Jaap van Beusekom, dobro, zang; Huib Schreurs, zang; Ernst Jansz, gitaar, zang)
Een ogenblik in de wind, De overkant 1999
als boven het vlakke land
de torenklokken slaan
in het oosten woedt er brand
alle doden tellen wij
hoe moet ik dan bestaan
maar in mijn armen lag jij
en in het westen de zee
een ogenblik in de wind
hebben wij gelopen
een ogenblik in de wind
waar de westenwind woont
en de bakens staan
waste jij mijn handen schoon
dansten kinderen op het strand
schreven wij in zoete waan
onze namen in het zand
en op kwam de zee
een ogenblik in de wind
hebben wij gelopen
een ogenblik in de wind
zo denk ik aan jou
leg mij neer in de nacht
en in leegte en kou
is jouw mantel voor mij
mijn liefste zo zacht
een ogenblik in de wind
hebben wij gelopen
een ogenblik in de wind
Isis
verschenen op
De overkant 1999/2009
muziek J.Hendriks/E.Jansz
Isis
Waar ben je geweest, mijn jongen
wat heb je gezien, mijn kind
les je dorst en stil je honger
want daarbuiten huilt de wind
ben je eindelijk teruggekomen
op dit allerlaatste uur
zonder koffer, zonder dromen
warm je handen aan het vuur
kom en laat je hoofd maar rusten
laat het rusten op mijn schoot
laat mij nu jouw lokken kussen
buiten kleurt de avond rood
toen je wegging deze morgen
heb ik jou zo ook gekust
het ga je goed mijn lieve jongen
ga gezegend en gerust
en je mooiste jongensdromen
nam je in je koffer mee
langs het pad onder de bomen
in de richting van de zee
en je ging met groot verlangen
de branding tegemoet
waar de vrijheid ligt gevangen
in het ritme van eb en vloed
maar wie er niet kan drijven
zal zinken als een steen
om als een steen te blijven
waar hij in de zee verdween
zo hebben wij gevochten
tot wanhoop en verdriet
nooit gevonden wat wij zochten
want zo is het leven niet
onze dromen zijn verloren
zij waaien met de wind
maar rijker dan tevoren
zijn wij, mijn lief, mijn kind
kom en laat je hoofd maar rusten
laat het rusten op mijn schoot
laat mij nu jouw lokken kussen
buiten kleurt de avond rood
Hier is het einde van de reis: de terugkeer naar de moederschoot, althans, zo lijkt het mij nu. Ik heb een lied willen schrijven voor mijn overleden vader. Ik wilde hem, als de moederfiguur die ik eens voor hem geweest ben, in de armen sluiten aan het einde van de reis die zijn leven was. Het leek mij een mooi en troostend beeld. Pas na het schrijven van ‘Molenbeekstraat’, heb ik ontdekt, dat ikzelf het ventje ben, dat met een koffer vol jongensdromen van huis gaat en na een leven van omzwervingen terugkeert in de armen van zijn moeder, ook al is zij inmiddels al overleden. Sommige dingen worden pas na jaren duidelijk.
Jan Hendriks componeerde het prachtige instrumentale intermezzo, waarmee het lied ook eindigt. De tweede stem wordt gezongen door Jaloe Maat, de moeder van mijn eigen kinderen.