verschenen op
 
De Neerkant 2017/In tijden van corona 2022

Ik was een hippie

ik herinner mij het huis
een boerderij in Brabant
wij reizigers uit Holland
wij voelden ons er thuis
zo kwamen wij er aan
eind zestiger jaren
wat jongens met gitaren
voorgoed van huis gegaan

wij dachten dat wij daar
te midden van de bossen
een schuld in konden lossen
aan de wereld en elkaar
om met een ideaal
het tij te kunnen keren
het strijden te bezweren
om macht en kapitaal

zeven in getal
bouwden wij er kamers
sloegen met zware hamers
de schotten uit de stal
o de winter was er koud
maar wij hielden ons staande
en zo is er in die maanden
een luchtkasteel gebouwd

ik was een hippie
een hippie ben ik ooit geweest
ik was een hippie
ben het misschien nog steeds

wij speelden overal
waar wij maar konden spelen
en zongen onze kelen
schor op feest en festival
en werden gul beloond
in die aardse paradijsjes
er dansten naakte meisjes
en iedereen was stoned

make love not war
dat is wat wij geloofden
dat is wat wij beloofden
aan elk welwillend oor
om ‘s nachts bij open vuur
elkaar nog te onthalen
op liedjes spookverhalen
tot in het ochtenduur

ik was een hippie
een hippie ben ik ooit geweest
ik was een hippie
ben het misschien nog steeds

het is voorgoed voorbij
het werd nooit echte vrede
we wonen moegestreden
nu weer keurig in een rij
met beide benen op de grond
en in het kasteel verlaten
waait door kieren gaten
de wind het spinrag rond

op dit allerlaatste uur
zou ik er wat voor geven
om al is het maar voor even
weer te zitten bij het vuur
met mijn vrienden uit die tijd
de liedjes spookverhalen
de mooie idealen
die raak je nooit meer kwijt

ik was een hippie
een hippie ben ik ooit geweest
ik was een hippie
ben het misschien nog steeds