Een liefdeslied

[Boek en cd]

Het boek vertelt de fenomenale liefdesgeschiedenis van Rudi en Jopie, de ouders van de schrijver.
Ernst Jansz: “Nu de herfst van mijn leven is ingetreden, nu de wereld in chaos lijkt te verkeren, realiseer ik mij hoe belangrijk liefdesverhalen zijn. Dit ene liefdesverhaal kan ons misschien sterken in onze hoop, in ons hartstochtelijk verlangen dat alles uiteindelijk goedkomt. Dat de wereld, deze prachtige aarde, schoon en in al haar glorie uit deze chaos zal herrijzen. En dat liefde daar wellicht een essentiële rol in speelt.”

Een liefdeslied + cd

Biografische roman, geschiedenis Ned.-Indië, 2e wereldoorlog, Indisch verzet, Indonesische vrijheidsstrijd
Omslagillustratie Peter van Dongen
cd Een liefdeslied 47.27
Genaaid gebrocheerd met flappen, liedteksten en fotokatern van 32 blz. 256 blz.
Eerste uitgave november 2024
ISBN 978 94 93368 19 4

Peter van Dongen verzorgde het artwork

 

‘Magistraal liefdesverhaal grijpt de lezer regelmatig naar de strot.’

Herman Veenhof, Nederlands Dagblad, 15 november 2024

Ernst Jansz kon zijn moeder Jopie in 1985 nog uitgebreid interviewen; met de honderden brieven had hij het materiaal voor een persoonlijke documentaire, die de lezer regelmatig naar de strot grijpt. Het ‘magistrale liefdesverhaal’ is te horen op een cd met zestien nieuwe liedjes en te lezen in een boek met ontroerende brieven en de door elkaar heen dansende levensstijl van drie prachtige mensen, [waaronder] de vader, als Indo te westers voor zijn moederland en te oosters voor zijn nieuwe vaderland; die zijn idealen maatschappelijk in rook ziet opgaan, maar zich vastklampt aan gezin en morele hoogstaandheid, totdat het virus van oorlog, cel en kamp hem velt.

Jopie en Rudi trouwen op 18 december 1940. Korporaal Jansz en zijn luchtafweerbatterij hebben 35 Duitse vliegtuigen neergehaald en maanden in krijgsgevangenschap doorgebracht. Jopie en hij gaan in het verzet; blaadjes verspreiden, deelnemen aan knok- en hulpploegen, in steeds meer netwerken. Dat gaat fout, door verraad. Jopie bivakkeert weken in het ‘Oranjehotel’ in Scheveningen, Rudi is een grotere vis, wordt verhoord en tot pulp geslagen, gaat vanaf de Weteringschans naar kamp Amersfoort.

In het boek houdt Ernst Jansz zich zorgvuldig uit beeld. Hij schrijft bindteksten tussen de brieven van zijn ouders, hun dialogen en de verhalen van zijn moeder. In de zestien liedjes komt hij zelf aan het woord; alle aspecten van de liefdesgeschiedenis van zijn ouders krijgen hun plaats. Maar het houdt ook iets lichtvoetigs, met mooie koortjes en heerlijke baslijntjes in bijvoorbeeld ‘Er is een lied geschreven.’ En de liefde overwint die geschiedenis. De oorlog en de bloedige wording van Indonesië verwonden de relatie tussen Jopie en Rudi wel, maar het eindigt hand in hand, de ondergaande zon tegemoet.

‘Voor liefhebbers van zowel literatuur als muziek is dit boek een aanrader.’

Jan Stoel, Boekenkrant, 18 februari 2025

De roman is opgebouwd uit twee grote delen. Het eerste deel, getiteld ‘Voorgeschiedenis’, neemt de lezer mee naar de negentiende eeuw en vertelt het verhaal van Rudi Jansz’ voorouders. Dit is een familie van doorzetters, gekenmerkt door Multatuliaanse trekjes en een diep gevoel voor rechtvaardigheid, levend in een periode waarin de slavernij weliswaar formeel was afgeschaft, maar de erfenis ervan nog altijd voelbaar was. Het tweede deel, dat de titel van het boek draagt, richt zich op het persoonlijke verhaal van Rudi Jansz en de liefde van zijn leven, Jopie Becht.

Wat het boek extra bijzonder maakt, is de vorm waarin het verhaal wordt verteld. Jansz gebruikt een mix van foto’s, brieven – vaak prachtig en indringend geschreven – en liedteksten die als muzikale vertaling van het proza fungeren. Het wisselende vertelperspectief, waarbij delen van het verhaal vanuit de ik-vorm worden verteld (zoals in de hoofdstukken met de naam Jopie), zorgt voor een intieme band met de personages

  

Jan Kloeze, Literair Nederland, 24 januari 2025

In ‘Een liefdeslied’ vertelt de Nederlandse zanger/schrijver Ernst Jansz over de liefdesgeschiedenis van zijn ouders, waarin zowel het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland als het onafhankelijkheidsstreven van Nederlands-Indië zijn verweven.

‘Een liefdeslied’ beschrijft vooral de liefde tussen Jansz’ ouders Jopie en Rudi, maar is het meest ontroerend in de passages waarin op latere leeftijd, als Rudi al is overleden, Ati op zoek gaat naar haar eigen Indische wortels en zich eindelijk verzoent met haar achtergrond. Het boek vertelt bovendien overtuigend het vaker vertelde verhaal over de enorme afstand tussen het leven in Nederlands-Indië en het bestaan van Indische Nederlanders in het koude kikkerlandje aan de Noordzee. Vader Rudi zag het als zijn levenswerk om die afstand voor zijn mede-Indo’s zoveel mogelijk te overbruggen. Maar tijdens en na de onafhankelijkheidsoorlog bleek dat een onmogelijke opgave.

Wie het boek koopt, krijgt de gelijknamige cd ‘Een liefdeslied’ erbij, te beschouwen als de soundtrack van het boek. Het zijn fraaie, vaak verstilde en melancholische liedjes die belangrijke momenten in de levens van Jansz’ protagonisten onderstrepen. Het album zou op zichzelf kunnen staan, maar de combinatie met het boek is een mooie meerwaarde.